Inmiddels alweer anderhalve week terug uit Ecuador.
En wat was het weer een bijzondere reis. Niet alleen voor de deelnemers maar ook voor mij. Het was de tweede keer dat ik dit mooie avontuur organiseerde en weer totaal anders dan de eerste keer.
Ik voel de Andes nog in mijn longen, als ik hier door het bos loop. En sinds ik terug ben bekruipt me vaak een gevoel van diepe blijdschap. En een gevoel van diep vertrouwen dat alles al goed is.
En ook hier is het buiten mooi, zelf midden in de winter. Of juist! Het gras glinstert, de bomen tekenende zich af tegen de lucht. In de verte graast een ree en een enorme buizerd vloog gister vlak voor me boven de weg.
Ik was deze keer een paar dagen eerder in Ecuador en voor de reis begon heb ik als voorbereiding meegedaan met een San Pedro ceremonie in een zweethut. Concreet betekende dit in mijn geval dat je van 21:30 tot 07:00 in de ochtend in een zweethut zit en vier rondes doet. Tijdens drie rondes krijg je San Pedro aangeboden. Een drankje gemaakt van een cactus uit de Andes.
Een bijzondere voorbereiding waar ik al mijn eigen angsten in de ogen mocht kijken en één voor één los mocht laten, letterlijk dan. En het waren niet alleen mijn angsten, het voelde of ik voor vele vrouwen aan het loslaten was. En alles ging eruit. Tot er van mijn ‘ik’ niks meer over was en ik samensmolt met de aarde, de mensen, de maan en het vuur.
Het diepe besef dat het allemaal allang goed is kwam over me.
Ik hoef me niet te bewijzen, me niet anders voor te doen, me niet te laten leiden door angstige gedachten. Het is goed. Het is tijd om er voorbij te gaan. Het is tijd om vol vertrouwen in het leven te staan. Tijd om te gaan vliegen! En natuurlijk is dit allemaal niet nieuw. Maar toch, het is weer een diepere laag in gezakt en vanuit daar voelt alles weer nieuw, fris en als een mooi avontuur. Het is net of ik de fluisterstem van mijn binnenste nog beter kan horen. Heel zachtjes, heel fijn, net een veertje dat door de lucht dwarrelt. En die gedachten van mij doen erg hun best om me hier vandaan te houden, maar ik blijf het voelen en voeden!
Na mijn vorige reis naar Ecuador schreef ik dit gedicht/lied:
Go get up
Get into the forest
Climb a windy mountain
And be still, be still
Listen to the beat of your heart
Listen to what it tells you
An go get up!
Blaze like fire
Flow like the river
Feel the earth
And drink the air
Wild women, wild women
Feel you power
Wild women, wild women
Feel your strength.
It is time to spread your wings and fly.
It is time to spread your wings and fly.
En deze keer tijdens de reis zong ik dit lied. Ik die zong, terwijl ik er van overtuigd was dat ik niet kon zingen. En meer dan eens zong ik. In de zweethut, tijdens de Ayahuasca ceremonie, op een berg, op een hobbelde paardenrug.
Deze reis kon ik nog een stap verder gaan in vertrouwen.
Door te zingen. Door onbekende paden in te slaan en vol vertrouwen te weten dat het goed zou komen. Door op een bergtop middenin de mist terwijl de gids kwijt was rustig aan te kondigen dat we gingen lunchen. Omdat ik wist ergens van binnen dat die beste man gewoon weer terug zou komen. Wat hij natuurlijk ook deed. Ook kwam ik mijn grenzen tegen en terwijl ik de adrenaline hiervan probeerde weg te wandelen, wist ik dat ik ook hierop kon vertrouwen.
En met datzelfde vertrouwen zit ik nu weer thuis. Met het besef dat de ‘hoe vraag’ een vraag is uit angst. Hoe moet het allemaal? Ik heb werkelijk geen enkel idee. En hoe bevrijdend is dat. Gewoon toegeven dat je geen idee hebt. Ik weet alleen dat ik leef in overvloed. We hoeven het alleen maar te zien. Het ligt hier voor ons, pal onder onze neus.
Het is zo simpel, zo simpel en we maken het onszelf zo ontzettend moeilijk. En dat is het spel. Het spel wat leven heet. Met alle up’s en down’s. Het is een cyclus. Alles komt en alles gaat. Na als in de natuur.
Tijdens de reis begonnen we met een medicijnwiel.
Om te kijken in welk seizoen we ons bevonden op dit moment van de reis. Conclusie van de meesten was dat ze direct vanuit de herfst door wilde stomen naar de lente. Of liefst vanuit de zomer. Van volle bloei, direct door naar iets nieuws. Geen tijd nemen om vruchten te plukken, geen tijd om los te laten. Geen tijd om te rusten. Door, door, door zoals we hier gewend zijn, zoals we denken dat het moet. En iedereen kwam tot de conclusie dat de winter werd overgeslagen. Gewoon niet stoppen, niet rusten, niet de tijd nemen om te kijken welke zaden er klaar voor zijn om omhoog te komen. En dat is zo zonde.
En als ik nu buiten loop zie ik het om me heen. Alles is in ruste buiten. Alles is mistig, stil, slaapt. En ondertussen gebeurt er zoveel. Het overslaan van deze fase is een grote misvatting. We hoeven alleen maar naar buiten te kijken wat de natuur doet en dit toe te passen in ons eigen leven.
En daar heb ik sinds ik terug ben een voorbeeld aan genomen. Ik doe rustig aan. Neem de tijd voor het uitzoeken van foto’s. Zoek opnieuw mijn ruimte en plek. Laat los wat even zo dichtbij was. En ondertussen kijk ik naar de zaden die liggen te slapen. Bedenk me welke op mogen gaan komen. En ga komende week nog even onderduiken op een berg in Frankrijk.
Dank Ecuador en dank lieve medereizigers voor weer een onvergetelijke ervaring!
Liefs, Katrien